Prijzen onroerend goed 2024 per vierkante meterOntwikkeling huizeprijzen in NederlandDe ontwikkeling van huizenprijzen is een veel besproken onderwerp. Voor starters zijn er op dit moment geen woningen te vinden, en voor doorstromers ook niet. Hoe heeft dit zover kunnen komen?De welvaart die wij in Nederland hebben gekend sinds de zestiger en zeventiger jaren kon niet op. Iedere nieuwe generatie had meer inkomen en een groter huis dan de voorgaande generatie. Totdat aan het eind van de jaren ’70 er een abrupt einde kwam aan de stijgende welvaart. Er was onrust in het Midden-Oosten waardoor de olieprijs enorm steeg. Er moest voor het eerst worden bezuinigd in het welvarende Nederland. Lonen, sociale zekerheden en uitkeringen moesten omlaag en de hypotheekrente moest stijgen. Door die stijging kwam de woningmarkt tot stilstand met als gevolg dat in de tachtiger jaren de huizenprijzen kelderden met maar liefst ruim 40% in vier jaar tijd. Er ontstond daardoor grote onrust op de woningmarkt. Had je net een mooi huis gekocht dat je aan je kinderen kon schenken, was datzelfde huis ineens bijna de helft waard van wat je ervoor betaald had. En je wist niet of de waarde nog verder zou gaan dalen. Gelukkig werd het rustiger op de oliemarkt en klommen de huizenprijzen weer. In de tachtiger jaren kon je een rijtjeshuis kopen met behulp van de “Premie-A” regeling, waarmee starters subsidie van de overheid kregen. En het lijkt erop dat dit plan een succes was om de huizenmarkt nieuw leven in te blazen. De prijzen gingen gemiddeld omhoog, met een uitschieter van een groei van 40% in het jaar 1977. Hypotheken waren makkelijk te krijgen en de economie van de huizenmarkt krabbelt gestaag verder op. In de jaren tachtig en negentig doet zich een nieuw verschijnsel voor; krapte op de huizenmarkt. Er zijn niet genoeg huizen voor starters en ook niet voor doorstromers. Hierdoor stijgen de prijzen opnieuw. Om de huizenmarkt in beweging te houden, wordt de hypotheekrente fors verlaagd. Het wordt een fluitje van een cent om een hypotheek af te sluiten voor een bedrag van zes keer je jaarsalaris. En dat zonder aanbetaling. De vraag is of dit een goede oplossing was. Iedereen was blij met een groter huis dat eigenlijk te duur is, het kon niet op. De prijzen bleven maar stijgen. Maar toen in 2008 de financiële wereld instortte in de Verenigde Staten en er daarnaast een crisis is door de invoering van de Euro was ontstaan, implodeerde ook in Nederland de huizenmarkt. Het ging er niet zo heftig aan toe als in de jaren ’80, maar zorgde binnen veel huishoudens voor financiële problemen. Doordat de huizen daalden in waarde, kwamen ze ‘onder water’ te staan. De hypotheekschuld op de woning was hoger dan de verkoopwaarde van de woning. Huiseigenaren konden hun huis niet verkopen, omdat ze daarna een grote schuld aan de bank zouden hebben. Ze zaten vast in hun huizen, en de markt liep weer vast. De hypotheekrente werd weer verlaagd en zorgde er samen met de dalende huizenprijzen voor dat de markt weer voorzichtig in beweging kwam. De Europese economie trekt aan en ook dat is goed voor de huizenmarkt. Sinds 2013 lopen de prijzen weer op in de trend die we nu nog zien. Een enorme stijgende lijn. We hebben geleerd uit het verleden dat de huizenmarkt oneindig zal blijven stijgen en dalen, en dat daar verschillende oorzaken voor zijn. Wat altijd een belangrijke factor is, is het vertrouwen van de consument. Als de koper op de huizenmarkt verwacht dat het huis dat hij wil kopen in waarde zal dalen, dan koopt hij niet. Dat vertraagt de markt en beïnvloedt de gemiddelde huizenprijs. Als de koper het idee heeft dat de prijzen blijven stijgen, zal hij sneller meer willen betalen dan de vraagprijs. Er ontstaat een markt van overbieden. Op die manier wordt de woningmarkt niet alleen beïnvloed door externe factoren zoals een oliecrisis of een door banken veroorzaakte crisis. De consument heeft het voor het zeggen, maar gooit daarmee ook z’n eigen glazen in. Als iedereen om je heen een huis koopt en iedereen zegt dat je dat “nu” moet doen doordat de prijzen steeds stijgen, dan is de consument daar gevoelig voor en gaat erin mee. Het idee ontstaat dat je snel moet overbieden om überhaupt een kans te maken op een koophuis. Het is bijna een competitie geworden. Daardoor ontstaat opnieuw krapte, met een enorme stijging van de huizenprijzen. Van oudsher is het zo dat in de randstad meer beweging is op de woningmarkt dan op het platteland van Nederland. Er vinden meer transacties plaats en er is meer vraag in grote steden. In de afgelopen jaren is daarbij een prijsstijging in de steden rondom de randstad te zien. Gemiddeld liggen de prijzen in de randstad en omgeving daarom nog steeds boven het landelijk gemiddelde. Maar door de enorme krapte op de woningmarkt in grote steden, zou het wel eens zo kunnen zijn dat de prijzen daar stagneren en dat mensen toch naar de buitengebieden gaan kijken om daar te wonen. Totdat er echte oplossingen komen voor het grote woningtekort in Nederland, zullen de prijzen blijven stijgen. Als de prijzen in de grote steden stagneren, zal er meer beweging komen in de omliggende gebieden waardoor die zullen blijven stijgen. Uiteindelijk leidt dat tot nivellering. Maar het zal niet landelijk zijn. De grootstedelijke gebieden zullen altijd duurder blijven dan de rest van het land. Het begint er op te lijken dat alleen grootschalige nieuwbouwprojecten een oplossing kunnen vormen voor de prijsontwikkeling van de huizenmarkt. Tot het zover is, lijkt er geen einde te komen aan de prijsstijgingen op de markt. Tenzij er een factor buiten de huizenmarkt een grote rol gaat spelen, zoals we eerder hebben gezien in de geschiedenis. Het blijft een niet te voorspellen markt. |
Stad:
A |
B |
C |
D |
E |
F |
G |
H |
I | J |
K |
L |
M |
N |
O |
P |
Q |
R |
S | T |
U |
V |
W |
X |
Y |
Z | |
||
|